Tokyo: een knallend en spectaculair afscheid van dit mooie land
Dag 18 – 27 juli 2012
Vroeg uit de veren vanochtend, want vandaag wachtte er een lange reis van 6 uur naar Tokyo, de plek waar we ooit zijn begonnen. Vanaf Hakata vertrokken we met de Shinkansen voor de drie uur durende
trip naar Osaka waar we een kleine 20 minuten de tijd hadden om over te stappen en een heuse Japanse lunchbox te kopen. Jawel, zo een met rijst, ramen, aparte groentes, octopus en ander
ondefinieerbaar stukjes eten. En zoals het een ware Japanner betaamd hebben we deze in de Shinkansen naar Tokyo rond het middaguur in de trein opgegeten.
Onderweg op het station raakten we ‘in gesprek’ met twee Japanse omaatjes die maar al te graag foto’s van Nederland (Oranda) wilden zien. Geweldig vonden ze het. Na het uitwisselen van de
visitekaartjes en een Japanse waaier konden we door.
Laat in de middag kwamen we aan op de plek die we dik twee weken geleden achter ons lieten, Tokyo. Dat was wel weer even wennen ja, die drukte, dat mierennest met al die duizenden reizigers door
elkaar. Tokyo blijft een stad waar je niet je vinger op kunt leggen, alles en iedereen blijft je verrassen en verbazen.
In de avond hebben we een wijk gedaan waar we nog niet aan toe waren gekomen, de ‘electric city’ Akihabara. In overvolle treinen (iedereen is stil trouwens) kwamen we aan in een extreme hectiek van
elektronicazaken, speelhallen, uitgedoste Japanse meisjes op straat, muziekjes en alle soorten van verlichting. Tokyo, we’re back in town!
Dag 19 – 28 juli 2012
Onze laatste dag in Japan, opstaan in het centrum van Tokyo en de spullen voor de laatste keer inpakken. Deze dag moesten we nog wel volledig weten te vullen, want het vliegtuig gaat pas 6 uur in
de volgende ochtend en de laatste trein naar de airport gaat al omstreeks middernacht.
In ons lijstje van wijken die we gezien moesten hebben, miste de wijk Ueno. Ueno bestaat voornamelijk uit een groot park met daarin een aantal musea en een dierentuin. Ueno Zoo was de eerste
bestemming voor de dag. Heerlijk, wanneer de ochtend al een temperatuur van boven de 30 graden telt. Na het middaguur hadden we de oudste dierentuin van Japan wel gezien (leuk, maar niet speciaal)
en waren we al behoorlijk gebakken.
Maar we hebben een hele dag te vullen, dus wat missen we dan nog meer. Natuurlijk, Kamakura met zijn 13 meter hoge Boeddha beeld. Slechts een uur met de lokale trein en het is wel een van de
hotspots van de omgeving van Tokyo. Natuurlijk, eigenlijk is het gekkenwerk om met dit weer en op zo’n laatste dag een dergelijke trip te maken. Al met al bleek de reis er naar toe wel de moeite
waard, want het was zeker een mooi gezicht, die enorme Boeddha in het laatste zonlicht. Het liep ondertussen al tegen vijven.
Tegen vijven? Dan is het tijd om terug te treinen naar Tokyo, want gisteren werd door de mevrouw van de toeristenoffice verteld dat er een groot vuurwerkfestival zou zijn in de wijk waar wij ons
hotel hadden.
Op het station werd al snel duidelijk dat zo’n miljoen andere Tokioërs ook het idee hadden er te gaan kijken. Afgezette straten, bijzonder veel politie schreeuwend door megafoons, eettentjes op
straat. Het was het tafereel wel. Toen om zeven uur de eerste knal kwam (ja, het is al helemaal donker dan) werd duidelijk dat de Japanners zelf ook niet goed wisten waar ze kijken moesten.
Vuurwerk in een stad met alleen maar hoogbouw, dat is best lastig. Maar toen om half acht het spektakel losbarstte hadden we toch een goede plek gevonden en konden we onze laatste avond in Japan
knallend en op spectaculaire wijze afsluiten. Een vol uur met groots vuurwerk.
Nu zitten we op de luchthaven onze tijd te vullen en wachten we af tot we dit land achter ons moeten laten, een heel bijzonder land met nog bijzondere gewoontes. Het was een enorm avontuur om 21
dagen met de backpacks op en zonder eigen vervoer te reizen door dit hele land. Wij hebben er in ieder geval uit gehaald wat we er uit konden halen en vonden het leuk om op deze wijze te delen. Wij
vonden het ook leuk om te lezen dat ook anderen van onze verhalen konden genieten.
Japan is echt een tof land om te bezoeken en mocht je de mogelijkheden hebben, als je je er goed in verdiept is het goed te bereizen.
Nagasaki, ons verste punt bereikt!
Dag 16 – 25 juli 2012
Een dag vandaag waar we veel voor moesten reizen. Vanuit Hiroshima pakten we de Shinkansen naar Hakate/ Fukuoka om vervolgens op het zuidwestelijk Japanse eiland Kyushu de trein te pakken naar
Nagasaki. Ogenschijnlijk van buiten en binnen een heel goede en mooie trein, maar de rails hebben ze blijkbaar wat minder goed gelegd. Wat een geschud zeg in een bijzonder koele trein. Op Hakata
zelf konden we ook de trein naar Huis ten Bosch pakken, erg grappig om te zien dat er een trein naar een ‘Nederlandse’ bestemming gaat. Huis ten Bosch is een pretpark waarin hele stukken Nederland
nagebouwd zijn. Wij hebben er voor gekozen om het niet te bezoeken, je schijnt de Hollandsche gezelligheid er te missen (volgens Floortje Dessing) en de entreeprijzen zijn er alleen weggelegd voor
Japanners.
Een halte voor Nagasaki was ons eindpunt want daar zat onze minshuku. Met dank aan een routebeschrijving van Tripadvisor wisten we minshuku Tanpopo in de hitte al lopend goed te vinden. Eenmaal
binnen kregen wij een flashback aan onze ervaring in Hollywood, ons ‘horror-hostel’. Die lúcht! en smerigheid waren overeenkomstig. Maar goed, iedere reis kent zijn mindere accomodaties en die
kunnen we dus nu afvinken. Kortom, wij bestempelden Tanpopo, tot minshuku Rampopo.
Maar we zijn gekomen om Nagasaki te zien, dus zijn we met de streetcar de stad in gegaan, de memorials voor de volgende dag bewarend. Eerlijk gezegd is Nagasaki voor ons niet zo’n heel bijzondere
bestemming bij alles wat we in Japan al gezien hebben, maar ook Nagasaki kent zijn bijzondere kanten. Zo zijn er enkele overblijfselen van de Nederlandse geschiedenis zichtbaar in het land, een
eigen handelsterreintje Dejima en Hollanders Slope met een Holland Street. Voor de rest is het slenteren door de straten van Nagasaki geworden en cultuur snuiven. Het werd na twee en een halve week
ook wel eens tijd voor een Europese maaltijd, waardoor we in een Italiaans restaurantje belandden en pizza met salade konden eten.
Onze laatste nacht in een minshuku zit er hiermee op, de laatste sluiten we in westerse stijl af. De westerse typen kun je het beste vergelijken met ketens als Ibis en Mercure. Niet gezellig, maar
wel erg schoon. Alles wat je nodig hebt, is er.
Dag 17 – 26 juli 2012
We mochten vanochtend afscheid nemen van onze ‘Rampopo’ om het geschiedkundige gedeelte van Nagasaki te gaan bekijken. Op loopafstand van de minshuku bevonden zich het Vredespark, hypocentrum en
het Atoommuseum.
Drie dagen nadat Hiroshima werd getroffen is Nagasaki op 9 augustus om 11:02 uur getroffen door een atoombom. Eigenlijk bedoeld voor Kokura, maar vanwege het slechte zicht op een woonwijk van
Nagasaki gegooid. In het park veel door andere landen geschonken beelden, waaronder een door Nederland. Ook hier hebben we een bezoek gebracht aan het museum, maar uiteraard waren er veel
overeenkomsten met het museum van Hiroshima. Blijft natuurlijk dat ook hier de beelden, restanten en verhalen meer dan afschuwelijk zijn. Het zijn niet de musea om met een goed gevoel bij weg te
lopen. Wij kochten er nog een kraanvogeltje en kregen er nog een paar gevouwen exemplaren bij, natuurlijk refererend aan het meisje Sadako Sasaki. Dit gevouwen kraanvogeltje komt hier, maar
eigenlijk in heel Japan veel terug en het liefst in bossen of slingers van de symbolische 1000 in aantal.
In het middaguur naar Urakami-station gelopen om de Kamome-trein terug te pakken naar Hakata. De verste bestemming die wij reizen binnen Japan vanaf Tokyo hebben we hiermee achter ons
gelaten.
In Hakata (of Fukuoka, vroeger waren het twee steden) hebben we snel het hotel opgezocht en zijn de stad in gegaan. We blijven ons verbazen om de gestructureerde hectiek op straat, de gekheid in
gamehalls en de ontelbare zaakjes met het heerlijkste eten. Wij besloten bij een lopende band sushi tent te gaan eten. Vanaf de straat gezien een megastore in elektronica, maar 4 verdiepingen hoger
ineens allemaal restaurants, iets dat vrij normaal is in Japan. De lopende band was briljant, uiteraard snapten we niks van de handelswijze door op een schermpje te moeten bestellen. Alles is
uiteraard in Japans schrift. Maar met handen en voeten kom je een end en hebben we een flinke berg sushi naar binnen gewerkt, tezamen met nog zo’n 30 andere Japanners die ook aan de lopende band
zaten te eten.
Morgen een heel lange reis voor de boeg, het wordt tijd dat we de cirkel weer rond gaan maken.
Hiroshima: 35 graden en vol met kippenvel
Dag 14 – Maandag 23 juli 2012
Nog even snel een lunchbox laten samenstellen op het station om het in de rit met de Shinkansen naar Hiroshima op te kunnen eten. Iets dat erg gebruikelijk is bij de Japanners. De nieuwe bestemming
is een historisch gekenmerkte stad die iedereen van naam kent. Wij gaan ‘m eens ontdekken.
Omdat we de stad en alle memorials voor dag twee willen bewaren hebben we nadat we de spullen in het hotel hadden geparkeerd, de trein gepakt naar Miyajima. Om er te komen moesten we een stukje met
de veerboot. Vlak voor Miyajima ligt een 16 meter hoge torii in het water, eigenlijk de grootste trekpleister om naar het eiland af te reizen. Geen wonder dat er aan de lopende band foto’s van
worden geschoten en daarmee een van de meest gefotografeerde monumenten is van Japan. En eerlijk gezegd, terecht, hij ligt er ook wel mooi bij. Voor het juiste plaatje moet je overigens wel met
vloed komen, anders tref je ‘m op het droge. Verder vind je op het eiland uiteraard nog een aantal tempels en schrijnen, maar daar pasten we even voor.
Eenmaal terug in Hiroshima zijn we op zoek gegaan naar een restaurantje waar ze de lokale specialiteit Okonomiyaki klaarmaken. Ook dit is weer zo’n ontzettend lekker Japans gerecht. Op de plaat
(teppan) voor je bakt de kok eerst een pannenkoek en de kool en kookt de noodles. Dan belegt hij ondertussen de kool met bacon aangevuld met ingrediënten die je zelf nog wilt en tot slot een
gebakken eitje. Dan bakt hij de noodles op de plaat en dat vormt de onderkant van de stapel. Wij kozen er nog kaas op, heerlijk! Voor de topping kies je een zoete, zoute saus en mayonaise. Bij de
video’s zie je hoe de kok met de Okonomiyaki bezig is.
Dag 15 – dinsdag 24 juli 2012
Voor vandaag hadden we het vredespark in Hiroshima op het programma staan, dus na het ontbijt met de tram de stad in. We waren er best vroeg, maar de hitte was er niet minder om, het zou vandaag 35
graden worden.
Het eerste dat je tegenkomt wanneer je de tram uit stapt is hét symbool van de bom op Hiroshima geworden, de atoombomkoepel (Genbakukoepel). Het eerste kippenvel rilt over je lichaam. Door het park
vind je vele monumenten en herdenkingsplekken. Veel indruk maakte het beeld voor Sasaki, haar verhaal staat bij de foto’s. Het is een monument geworden voor omgekomen kinderen. Vervolgens loop je
langs de vredesvlam die pas gedoofd wordt wanneer alle atoomwapens van de wereld zijn verdwenen. Het park eindigt met de cenotaaf, een graf zonder mensen, maar met alle namen van de slachtoffers
erin. Daarna hebben we een bezoek gebracht aan het museum over de geschiedenis. Na een route langs de impact van de inslag, het verwoeste gebied, de vele slachtoffers, de aanleiding, etc. kom je in
het tweede gedeelte van het museum waar de kippenvel tot het hoogste niveau stijgt door gruwelijke details als verwoeste schooluniformen, een gesmolten driewieler, foto’s van mensen en meer van dit
soort ellende die je liever niet ziet…
Om deze beelden van ons af te zetten, maar vooral ook om de hitte de baas te worden, hebben we eindelijk een zwembad gevonden. Nou ja, zwembad, er passen in ieder geval veel Japanners in en zal
niet dieper worden dan 1.10 meter. Maar een lekkere afkoeling was het zeker en we hebben weer erg leuke ervaringen op gedaan. Zo wordt het zwembad ieder uur even leeg geroepen omdat je het water
uit moet en houdt werkelijk iedereen zich aan de 5 minuten verplichte rust. Tijd om even te drinken of iets dergelijks. Daarbij viel Elise erg op door, sowieso als enige toerist, in een bikini te
lopen. Japanse vrouwen genoeg met hun kroost, maar wel in een T-shirt met lange mouwen en een hoedje tegen de zon. Eten deden we door iets onbegrijpelijks te bestellen, Engels behoort hier zeker
niet tot de talenkennis. Uiteraard wel erg lekker, dus prima (noodles, ramen en soep).
Na uitgebadderd te zijn, hebben we een stuk door de stad gelopen om in een gamehal uit te komen. Toen een Japans stelletje in een snoepautomaat (wij kennen ‘m als schuiven met kwartjes) de
hoofdprijs won, waren ze zeker niet te beroerd om met ons te delen in de winst, super!
Morgen gaan we nog een stapje verder het Japanse land in om weer een minshuku aan te doen, nog even genieten van onze bedden in het hotel dus.
Kyoto: Na 5 dagen zijn we uitgetempeld.
Dag 11 – vrijdag 20 juli 2012
De eerste Japanse regenbui hebben we ook mee mogen maken. Lekker tropisch en precies tijdens het verkassen tussen accommodaties in Kyoto. Warm en nat maakten we dus kennis met onze 6 vierkante
meter ryokan, Matsubaya (3 matjes groot dus).
Vandaag wilden we naar Nara, een stadje (ooit de hoofdstad) in de buurt van Kyoto dat we per trein konden bereiken. Nara heeft nog veel boeddhistische tempels en shintoschrijnen en veelal bij
elkaar in een groot park waar zo’n 1500 tamme herten leven.
In de grootste tempel, Todai-ji (het grootste houten gebouw ter wereld) staat een enorm Boeddhabeeld, op zijn beurt ook weer het grootste bronzen beeld. Best indrukwekkend dus.
Iets compleet anders is een informatiepunt in het park waar ze uitleg geven over bouwwerken in Japan en hoe deze tegenwoordig bestand zijn tegen aardbevingen. Aldaar kun je op een stoel ervaren hoe
de aardbevingen uit 1995, 2004 en 2011 gevoeld hebben. Je krijgt meteen een beeld hoe bizar het moet zijn als zo iets zich voordoet.
Na een geslaagde middag Nara (ook erg benauwd) zijn we terug naar Kyoto gegaan en wat sushi gegeten die we op het station kochten. Wat een heerlijk land is het zeg, overal sushi te koop en erg
lekker! Wat we trouwens nog niet hebben uitgelegd is hoe simpel je kunt kiezen wat je eten wilt, ook al spreek je geen woord Japans. Werkelijk ieder gerecht dat je kunt kopen, zowel in de kleine
eettentjes als in de grotere restaurants staan als een exacte kopie in plastic geëtaleerd, met de prijs er bij. What you see is what you get, het klopt precies. In de foto’s staat een
voorbeeld van een maaltijd die we vandaag aten.
Nu maar eens checken hoe onze ryokan voor de komende drie nachten ons bevalt.
Dag 12 –zaterdag 21 juli 2012
Fietsen in Kyoto, dat moet je als Nederlander toch een keer hebben gedaan. De stad staat er om bekend om er goed te kunnen fietsen en voor de deur van de ryokan zit een verhuurbedrijf. En
inderdaad, je kunt er fietsen, maar om nou te zeggen dat het echt fietsvriendelijk is, niet echt. Overal fiets je over de stoep, om de zoveel meter heb je een kruispunt al dan niet met een
stoplicht. En daarnaast zijn er best veel fietsers, maar eigenlijk nergens kun je je fiets parkeren. Maar een ervaring rijker zijn we in ieder geval wel.
We fietsten vanaf de ryokan naar het oosten van de stad naar een groot houten tempelcomplex Kiyomizudera. Cynisch genoeg betekent het “de helder water tempel”. Dat hebben we geweten, want wat een
helder water kregen we op ons dak. De tempel staat op een heuvel op houten palen en je hebt er een goed uitzicht over Kyoto. Vanuit hier hebben we nog wat rond gefietst en onder andere de Yasaka
Schrijn gezien. Omdat er in deze omgeving zoveel Japanners in kimono rondlopen en we het ritueel omtrent de Shinto veel zien, hebben we er een filmpje van gemaakt en het bij de video’s gezet.
Even teruggefietst naar het station voor de gisteren zo goed bevallen sushi en de fietsen weer ingeleverd. Na een korte rustpauze zijn we in een Japans restaurantje weer eens heerlijk gaan eten.
Echt, alleen daarvoor zou je al naar Japan moeten gaan.
Wat je overigens veel ziet in het straatbeeld zijn de mondkapjes die veel Japanners dragen. Niet omdat ze bang zijn om iets op te lopen, maar doorgaans om anderen te behoeden omdat ze zelf
verkouden of iets dergelijks zijn. Wat verder op blijft vallen is het enorm schone straatbeeld, je zal echt nergens een papiertje tegenkomen. En hoewel er duizenden frisdrankautomaten in de stad
staan en bijna geen prullenbakken, blijft het hier gewoon schoon, briljant!
Dag 13 – zondag 22 juli 2012
Tempelmoeheid, dat is wel de term waar we vandaag mee wakker zijn geworden. Op de vijfde dag in Kyoto wilden we graag iets anders zien dan tempels en schrijnen. Niet dat ze niet gaaf zijn, maar
omdat er een overkill is in deze stad. Even langs de toerismeinformatie en die wees ons op een bamboetuin in het westen van Kyoto, even met de trein dus. Zo kwamen we uit in een rustiger gedeelte
van de stad met mooiere huizen en aardige straatjes. Het bamboebos was inderdaad de moeite waard, een wandelpad tussen de enorm hoge en dikke bamboe was mooi en gaf wat rust in de voorgaande stadse
dagen. Voor de zekerheid hadden we vandaag de paraplu maar meegenomen en deze kwam goed van pas, niet tegen de regen maar als zonnescherm. Wat een brandende zon weer vandaag.
Met de trein een stukje terug de stad in om het Nijo kasteel te bekijken. Het is jammer dat alles in deze stad geld kost om te bezichtigen, maar anders zien we niks, dus toch gedaan. Het enorme
complex blinkt uit in Japanse soberheid en is voor ons dus niet heel aantrekkelijk. Echter bleken de tuinen eromheen juist weer wel heel erg mooi.
Nadat we met de bus teruggekeerd waren naar het station hebben we vast wat treinreserveringen gedaan voor de komende week om vervolgens even een pauze te nemen in de ryokan.
’s Avonds hebben we de wijk Gion nog even aangedaan en zijn we op pad geweest voor het avondeten. Daar gaan we weer, backpacks pakken, slapen en op naar de Shinkansen.
Kyoto: Karaoke, tempels en schrijnen
Dag 9 – Woensdag 18 juli 2012
Geen dag start je zonder een goed ontbijt. Dat moest onze gastvrouw ook gedacht hebben toen ze ’s ochtends vroeg voor ons in haar keukentje stond. Inktvisje, omeletje, kommetje met minivisjes met
ogen en al, ondefinieerbaar bitter en zout bakje zeewier, nori, witte rijst en groene thee. Zo, daar kunnen die Nederlanders mee op pad. Nou, wij deze ochtend liever niet. Beleefd van bijna alle
dingen iets op, dat dan weer wel.
Op naar Odawara, voor de Shinkansen naar Kyoto. 2 uur lang laagvliegen. Eenmaal in Kyoto aangekomen liepen we tegen een muur op van warmte, zeker 34 graden in deze stad! In Kyoto hebben we een
tandarts gezocht met behulp van het toeristencentrum en het hotel. In een gebouw aan de hoofdstraat, niet ver van het station op de 3e etage (2e verdieping voor ons) kwamen we
inderdaad bij een praktijk uit. Schoenen moesten natuurlijk uit, sandaaltjes aan. Na een korte intake werden we opgeroepen en kom je serieus in een tandartsfabriek met wel 10 tandartsstoelen achter
elkaar en allemaal in behandeling. Maar goed, we werden prima geholpen gelukkig.
Nog even een korte lunch gescoord en door de enorme hitte terug naar het hotel om op te frissen. ’s Avonds hebben we afgesproken met twee Nederlanders die we in het vliegtuig hadden ontmoet. Met
hen, Thomas en Monique hebben we eerst lekker gegeten in een Japans restaurantje, om vervolgens een club binnen te stappen waar een Kyotoër op een gitaar stond te spelen. Goede reden om er een sake
bij te drinken. De nacht hebben we vervolgens ingezongen in de karaoke-club, deze vind je echt overal in Japan. Wat een ervaring is dat zeg, van te voren bestel je een kamer voor een bepaalde tijd,
in ons geval een uur. Je bestelt wat drinken en op je kamertje kun je een uur lang karaoke zingen. Vanuit de gangen en de andere kamertjes klinkt vooral veel vals gezang van meer dan enthousiaste
Japanners, heel grappig. In de nacht keerden we terug naar het hotel om eindelijk weer eens op een bed te slapen.
Dag 10 – donderdag 19 juli 2012
36 graden vandaag! Dat belooft wat in een stad. Nadat we gisteren relatief weinig hadden gedaan wilden we sowieso vandaag een beeld krijgen van Kyoto, dat bestaat uit een stadse omgeving aangevuld
met zeer veel tempels en schrijnen. De mooiste tempel staat in het noorden van Kyoto, de Kinkakuji tempel, ook wel de gouden tempel genoemd. Prachtig is die zeker, vooral in de omgeving waar die in
staat.
Vervolgens twee bushaltes verderop naar de volgende stop, de Ryoanji tempel met een rotsentuin. Dat laatste wekt verwachtingen, maar stelt, behalve dat het zo’n 500 jaar oud is, niet bijzonder veel
voor. Het Engels verdwijnt steeds meer uit het straatbeeld en dus ook bij het nemen van een bus en trein. In Kyoto doe je vrijwel alles met bussen, maar gelukkig hebben we een handige
overzichtskaart. Voor de derde en laatste bezienswaardigheid van de dag hebben we een stukje met de trein gereden. Voor ons werd het een stukje langer, omdat we de Japanse begrippen sneltrein en
stoptrein niet uit elkaar kunnen houden. Uiteindelijk hebben we de Fushimi Inari Schrijn natuurlijk wel gevonden. Het is een route van 4 km aaneengesloten torii’s, die Japanse rode poorten die je
hier vaak ziet. Op de foto’s kun je het goed zien, maar we hebben er ook een video van op gezet.
Na een aantal hete dagen, met vandaag als toppunt, hebben we de bezweten kleding maar eens in het hotel in de was gegooid, we mogen nog een dikke week namelijk!
Hakone: Mount Foetsie (Fuji) en zwarte eieren
Dag 7 – maandag 16 juli 2012
Waar zijn we beland! Waar heeft de plaatselijke bus ons nu afgezet! In the middle of nowhere, in stevige wind tussen wolkenvlagen ergens op een berg in Hakone.
Oke, wat ging hier aan vooraf. Vanochtend vanuit de hitte, bepakt en bezakt (zwaar!) Nikko per bus, boemel en Shinkansen verlaten om via Tokio naar Odawara te reizen, met een nóg snellere trein dit
keer, gaaf hoor! Wat een drukte overal trouwens vandaag, schijnt het de ‘Dag van alles dat uit zee komt’ te zijn, een nationale feestdag dus.
Op Odawara kochten we een driedaagse Hakone Free Pass om de komende drie dagen hier rond te kunnen reizen met bus, kabelbaan, treintje en boot. Met de bus reden we door de bergen rond Hakone en na
een minuuut of 40 was de bus behoorlijk leeg en waren wij bij onze halte. En met de eerste drie zinnen van dit dagverslag beschrijven we ons gevoel. Niemand in de buurt en op een verlaten weg. Maar
goed, we komen er altijd wel uit en zo vonden we ook dit keer onze accommodatie, een minshuku. Kortom, slapen bij Japanners thuis. En natuurlijk de gebruiken die erbij komen kijken. Bij binnenkomst
onze schoenen uit, en één-maats—slippers aan; voor Elise te groot, voor Tom te klein. Onze kamer was leger dan de ryokan van afgelopen dagen, de matjes om op te slapen liggen in de kast en mag je
zelf neerleggen en opdekken. Ohja, slippers uit voordat je je kamer betreedt natuurlijk. Gelijk kregen we te horen van ons zeer zwak Engelstalige sprekende gastheer dat om 19:00 uur het eten klaar
staat. Eten wat de pot schaft dus.
Wij trokken nog even met de bus richting toeristisch gebied, helaas al volledig in mist en wolken bedekt door de hoogte waar we zitten. Morgen hopelijk meer geluk om de befaamde Mount Fuji, de
trots van Japan, te kunnen zien.
Terug bij de minshuku schoven we aan tezamen met een ander Nederlands koppel. De eerste keer dat we echt met landgenoten te maken kregen. Het eten smaakte overigens heerlijk, echt Japans met
lekkere zalm, tonijn, sushi, soep, groentes en rijst. Al op je knieën zittend op kussen aan je tafeltje. Toch zeker 10 minuten volgehouden.
’s Avonds op de kamer komt nog even de man des huizes naar ons toe. ‘Morgenochtend 08:00 uur, Japans ontbijt.’ Weltrusten!
Dag 8 – Dinsdag 17 juli 2012
Voor vandaag stond het gebied van Hakone op het programma, een bergachtige omgeving rondom het meer Ashi. Vanuit hier zou je dus ook vele uitzichtpunten hebben op de beroemde Mount Fuiji. Maar
goed, eerst het Japanse ontbijt maar doorstaan. Misosoep, rijst, schelpdier, iets van ei en groene thee. Kortom de maag is in ieder geval gevuld.
Binnen dit gebied reizen we met de Hakone Free Pass, daarmee hebben we een route afgelegd met diverse vervoersmiddelen. Al startend met de oversteek van Lake Ashi, met een piratenschip (hoe Japans,
haha). Al gauw werd duidelijk dat de Mount Fuiji ook vandaag Mount Foetsie zou zijn. Het was de dag met tot nu toe de meeste zonuren, strakblauw, maar met de mist in de omgeving van het meer waren
de omliggende bergen in mist en wolken gehuld.
Vanaf de overkant zijn we de bergen in gegaan per kabelbaan, tot aan een vulkanisch gebied waar de rook op meerdere plekken uit de grond komt en de zwavellucht ons doet terugdenken aan onze
IJslandse vakantie.
Hier koken ze in het zwavelhoudende water in een heetwaterbron eieren. De schaal van de eieren wordt hierdoor zwart en het ei gaat naar zwavel smaken. Voor iedere Japanner bleken deze zwarte eieren
een lekkernij, maar wij sloegen deze ronde even over.
Vanuit de kabelbaan stapten we over in de cablecar om nog hogerop te raken. Ook vanaf hier geen Mount Fuiji, gelukkig hebben we ‘m gisteren stiekem vanuit de Shinkansen kort gezien. Hier hebben we
onze lunch op en zijn we dezelfde route teruggereisd.
Overigens is Japan echt een land voor Elise, werkelijk overal vind je gratis openbare toiletten. Toiletten zijn sowieso een verhaal apart. We hebben al vele soorten meegemaakt, met verwarmde
wc-bril, diverse soorten manieren om je van onderen schoon te sproeien, geluidjes die je kunt kiezen om door te spoelen en allemaal brandschoon. Oppassen dat je niet per ongeluk het verkeerde
knopje indrukt dus.
Het avondeten in de minshuku was wederom geweldig, de gastvrouw had duidelijk haar best gedaan. Zo aten we aubergine, makreel, kip, eiersoep, rijst, sla en zoete aardappel. Niet verkeerd
toch?
’s Avonds hebben we ons ritueel omtrent het inpakken van de backpacks weer herhaald om morgenochtend de natuurlijke omgeving weer in te ruilen voor het stadse. Kyoto, we komen er aan.
Next stop, Nikko: Heiligdom en natuur
Dag 5 - zaterdag 14 juli 2012
Waar we gisteren dachten nog even bij de sushitent op de hoek te eten werd het, omdat het helemaal vol was, uiteindelijk doorlopen naar de wijk Roppongi om daar een andere, zeer leuk en vers
sushirestaurant te vinden. Echt heerlijke sushi gegeten, zie foto.
Na in de ochtend de backpacks weer op de rug te hebben gebonden, maakten we ons op voor de tocht naar Nikko, 150 km ten noordoosten van Tokio. Hiervoor moesten we voor het eerst met de snelle
Shinkansen, de trein. Zoals de Japanners betaamt, is dit ook een heel ritueel. De trein komt aan en wordt schoongemaakt, het personeel stapt gezamenlijk uit en buigt voor de passagiers, die keurig
op het perron, tussen de getekende lijnen staan te wachten op hun beurt.
Na een overstap kwamen we aan op Nikko, nog even met de bus en lopen naar onze Ryokan Turtle Inn, een soort kruising tussen hostel en bed & breakfast. In de kamer is behalve twee matjes op de
vloer, een tafeltje en een tv (niet werkend) niets te vinden. Maar daarvoor heb je gezamenlijke ruimtes en een heerlijk, maar bijzonder warm bad.
Wij kozen er voor om alvast wat highlights van Nikko te bekijken, nu het weer nog goed is. Dé bezienswaardigheid is de Tosho-gu schrijn. In het Japanse Shinto-geloof een van de meest bekende en
mooiste schrijnen van het land. Het complex is groot en telt meerdere ‘tempels’. We hebben hier ons makkelijk twee uur kunnen vermaken. Daarna konden we naar de ryokan voor een bad.
Het ‘onsen’ van de ryokan is een warmwaterbad dat constant gevuld blijft, erg lekker maar net te warm als het buiten ook 30 graden is. Later op de avond hebben we de bekendste brug uit de omgeving,
de heilige Shinkyo bekeken. Gaaf gezicht, een rode houten, eenbogige brug verlicht en in de mist van de eronder stromende rivier. Vervolgens ons avondeten gehaald bij de 7 Eleven, budgettechnisch
geen verkeerde keuze om eens op terug te vallen, want wat is dit land bijzonder prijzig zeg.
Zo zit je dus in het chaotisch, drukke stadsleven van Tokio en zo lopen we door de rustige natuurlijke (en heilige) omgeving van Nikko. Wat een tegenstelling.
Dag 6 – zondag 15 juli 2012
Omdat we geen ontbijt hebben in onze ryokan hebben we op de kamer een boterham met hagelslag gegeten, we blijven Hollanders hé. Vervolgens konden we wel wat activiteit gebruiken en besloten we om
een lange ronde te maken langs de Shinkyo brug die we gisteren al zagen, langs enkele tempels en schrijnen in het gebied om vervolgens de route langs de rivier te volgen. Hier kwamen we onder meer
langs een enorme rij met stenen Boeddha’s en hoe druk het ook overal is, er was hier geen mens te zien.
Na een lange wandeling wilden we met de bus naar een enorme bezienswaardigheid in de omgeving, de Kegon waterval bij het Lake Chuzenji, onderdeel van het Natoniaal Park van Nikko. Bij de busstop
waren we precies op tijd, zo vaak gaat de bus hier niet, maar toen de bus passeerde, reed hij door; vol! Een stuk teruglopen naar de vorige haltes dan maar en hopen op de volgende. Dat hebben we
geweten, een stampvolle bus, maar wel plek. En wisten wij veel dat je voor een ritje van 15 km zo’n 10 Euro pp mag neerleggen. En dan wil je ook nog terug natuurlijk.
Maar goed, na een reis bergop (1269 meter) en 20 haarspeldbochten! en een uur filerijden later kwamen we aan bij het meer en de daar uit stromende waterval. 92 meter hoog en 7 meter breed. Mooi was
het in ieder geval, dus het was de moeite gelukkig waard. Ook het weer was ons weer gunstig gestemd, de hele dag droog met een graad of 32 en extreme luchtvochtigheid. Na ook Lake Chuzenji nog even
te hebben bekeken hebben we de bus terug getracht te nemen. Ook hier was de eerste vol, maar 20 minuten later al konden we instappen om via de andere kant van de berg, met 31 haarspeldbochten het
gebied te verlaten.
Met een bord noodles in de ryokan sluiten we ons avontuur in Nikko af en zullen we morgen weer doortrekken.
Overigens is niet alles pais en vree, zo lijkt het natuurlijk wel, maar de nachten zijn kort door de gezondheidsproblemen van Elise. Tot nu toe bikkelt ze zich er door heen, maar gemakkelijk is het
in ieder geval niet.